NL30 Column: Sidney Leaks.
Sidney Leaks, een column over schmutzige telefoonwinkeltjes en toffe kledingwinkels.
Hieronder de volledige tekst:
Er hangt een lichtgevend “simlock vrijmaken” reclamebord achter het raam. De muren hangen vol muurhaken met plastic verpakkingen. Tot enkele maanden geleden zat hier een kledingwinkel vol soepele shirts en trendy truien, ontworpen door mensen die nog niet waren ingelijfd door de Grote Boze Merken. Supertof dus. Maar de crisis duwde de winkel van de voormalige hellende straat naar het water. Toffe dingen werden vervangen door doffe dingen.
Ik heb in mijn eerste NL30 column beloofd dat ik niet zuur zou schrijven. Zuur is stom, behalve bij Granny Smith appels en limoenen. Toch moet het even. Dit soort winkels vind ik namelijk vreselijk. Natuurlijk, als ik een oplader nodig heb ben ik ze dankbaar. Maar er hangt zo’n schimmig sfeertje omheen. Alsof men emmers geld witwast en zich stuklacht om iedere stumperd die daadwerkelijk een oplader komt kopen. Erger nog: die winkel klopt daar niet. Daar hoort een theewinkeltje, een juwelier, iets puurs, iets échts.
Ik gok dat belwinkels in het centrum maandelijks €6000 vaste lasten hebben. Dat zijn 500 opladers. Kunnen die winkels dat verkopen? Ik besluit als een heuse onderzoeksjournalist op pad te gaan. Ineens zie ik ze overal, gecamoufleerd door hun nietszeggendheid. Op Vredenburg, de Amsterdamse Straatweg, de Willemstraat, Lombok. Ik kijk bij een willekeurige naar binnen. Een bebaarde man in gebreide trui hangt telefoonhoesjes recht. Ik duw de deur open en–
De deur zit op slot. Op dinsdagmiddag. De man haalt nors een sleutelbos uit zijn zak en laat me binnen.
Ik laat mijn telefoon zien. ‘Heeft u screenprotectors?’
‘Sorry, dat merk heb ik niet,’ zegt hij bijna woedend.
Ongelooflijk langs mijn neus weg informeer ik hoe het de handel vergaat. Zo op een dinsdagmiddag de deur dicht houden, dat is toch funest voor zijn winkel?
Tranen wellen op in zijn ogen. ‘Een familielid ligt in het ziekenhuis. Ik moet zo weg. Vandaar.’
Dit gebeurt Peter “nasale neus” de Vries nou nooit. Wat ben ik een bevooroordeelde eikel. Schuchter wens ik hem sterkte en stommel de deur uit.
Ik denk terug aan die nieuwe belwinkel op de hellende straat richting het water. Ik weet het allemaal ook niet. Misschien is het allemaal wel legaal. Maar voor mijn gevoel hóórt die winkel daar niet. Oh My Tees hoort daar. Over een maand gaan ze door als webshop. Laten we ons scheel kopen. Misschien komen ze terug.